Tijdens de ontginning van Oostelijk Flevoland zijn tussen 1964 en 1975 prehistorische resten gevonden van onder andere beenderen, vuursteen, en aardewerk. De resten bleken van een onbekende cultuur te zijn die niet veel later is vernoemd naar het naast gelegen dorp Swifterbant. Tijdens opgravingen in het zoekgebied S2 zijn de beenderen van 9 personen gevonden, bestaande uit mannen, vrouwen, en een kind. Deze beenderen dateren uit de nieuwe steentijd en hebben een geschatte ouderdom van 6500 tot 4000 jaar. Na de ontdekking zijn deze overgebracht naar Provinciaal Depot Bodemvondsten in Lelystad voor onderzoek en op het grafveld zijn houtenpalen geplaatst die de vindplaatsen van de beenderen markeren.
De mensen die toen der tijd in deze omgeving leefde zaten in de overgang van jagers en verzamelaars naar het boerenbestaan. Flevoland was een veenachtig gebied met enkele riviertjes en kreken en op de hoger gelegen zandduinen woonde de mensen. Dankzij de aanwezigheid van prehistorische resten is het gebied wat het Rivierduingebied heet gespaard van verdere bebouwing en of landbouwactiviteiten en is het gebied ingericht zoals het 6000 jaar geleden er ongeveer uitgezien moet hebben doormiddel van beplanting. Op de oeverwallen is gras gezaaid, de bomen staan op de plek van de stroomgeul en komgebieden.
Coördinaten: 52.58418, 5.58167